A la recherche du chef perdu

Hij laat me al jaren niet los: Vatel.
Ik heb films over hem gezien, boeken over hem gelezen, zijn portret en dat van zijn baas gegoogled. Zelfs de keuken waar hij werkte bezocht.

Toch blijft een groot deel van zijn leven waarschijnlijk altijd een mysterie, gehuld in 17e eeuwse Parijse nevelen. Waar komt hij vandaan? Heeft hij echt de slagroom uitgevonden? Maar het weinige wat we wél van hem weten, is zeker de moeite waard. En de mythes eromheen trouwens ook.

François Vatel

François Vatel

woensdag 9 juni 2010

Chef, maître d’hôtel of operations manager

Terwijl ik me met enige moeite door de Vatel-biografie van Dominique Michel werk, probeer ik het tegelijk over een andere boeg te gooien. Ik bel de Hugenoten-vereniging, want ik weet al sinds mijn vroegste jeugd dat wij afstammen van deze Franse vluchtelingen die zich veelal in Zeeland vestigden. Maar ondanks hun enthousiaste herkenning van de naam Wattel kunnen ze me niet verder helpen. Wel blijven ze graag op de hoogte van mijn vorderingen, zegt de vriendelijke meneer.
De biografie werpt intussen meer licht op het tweede deel van Vatels leven.

Voordat hij bij de Prince de Condé ging werken, werkte hij voor Fouquet, de Franse minister van Financiën. Zijn precieze functie bij beide heren in onduidelijk. Sommigen schilderen hem af als chefkof, cuisinier, of chef de bouche. De meesten houden het op maître d’hôtel, een functie die we tegenwoordig Chief Operations Officer (COO) zouden noemen. Hij was niet alleen verantwoordelijk voor het eten, maar voor de hofhouding van de minister en later van de prins. Zijn eerste roem vergaarde hij in dienst van minister Fouquet, voor wie hij magistrale feesten en ontvangsten organiseerde. Zo magistraal zelfs dat Fouquet de toen 23-jarige Lodewijk XIV de ogen uitstak met zijn gouden servieswerk en geweldige vuurwerken tijdens een ontvangst in 1661. Het duurde niet lang of Fouquet werd beschuldigd van verduistering van staatsgeld van de slecht bij kas zijnde en jaloerse Lodewijk XIV.

Nicolas Fouquet sleet de rest van zijn leven in de gevangenis en Vatel – die het geld beheerde, maar nooit officieel werd beschuldigd - vluchtte, waarschijnlijk naar Engeland. De bekende fabeldichter Jean de La Fontaine is een van de weinigen die Fouquet blijft verdedigen in Parijse kringen. Dat hem dat niet in dank wordt afgenomen, zien we in de film Le Défi.

Als Vatel enkele jaren later weer voet op Franse bodem zet, biedt Lodewijk II de Bourbon, Prince de Condé (en neef van koning Lodewijk XIV) hem een soortgelijke baan aan in Chantilly. Want een goede maître d’hôtel is in die tijd de manier om je naam te vestigen in adellijke kringen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten